(tijdens de dienst Bevestiging en afscheid ambtsdragers)
In de Kruispunt editie van juli/augustus schreef ik reeds woorden van afscheid aan u. In de afgelopen maanden heb ik een aantal gemeenteleden ook persoonlijk kunnen bezoeken om gedag te zeggen. Ik ben dankbaar dat deze tijd en gelegenheid ons gegeven is geweest.
Maar bij velen van u, waarmee ik in de afgelopen jaren heb mogen kennismaken of meermaals heb mogen bezoeken, heb ik dat niet. Ook zijn er gemeenteleden waarbij onze wegen zich in de afgelopen jaren niet hebben gekruist om mogelijk uiteenlopende redenen. Ook kan het zijn dat ik niet bracht of zei wat u verwachtte of op hoopte. Dat spijt mij oprecht. Onzekerheid kent u mogelijk allemaal wel. Het maakt bescheiden en dat siert een mens. Maar het kan ook beperkend werken en daarom wil ik ons allemaal de volgende woorden op het hart drukken: Wanneer ik van mezelf perfect moet zijn zegt God je mag proberen, vallen, genezen, groeien en in genade bloeien.
Mijn herinnering aan u als gemeente is in de eerste plaats uw hartelijkheid en warmte naar mij toe. Maar zeker ook de bereidheid van zoveel gemeenteleden om zich in te zetten, op welke wijze dan ook, voor de gemeente. En mochten er nog mensen zijn die twijfelen aan hun gaven of kampen met schaamte over zichzelf, tegen hen zou ik willen zeggen: Stap in het Licht, zoals jij is er maar één. Dus kom, sta op en schitter, verstop je niet meer voor wat je pijn deed en zeer. Stap in het Licht daar waar het al die tijd al stralend op je wacht, zodat het je hart verwarmt en je pad verlicht. Stap in het Licht.
Aan mijn collega´s, Hans en Anne-Willem, en in het bijzonder aan Trijntje Klok, de nieuwe ouderenpastor, uw ouderenpastor, waaraan ik met het volste vertrouwen de werkzaamheden uit handen geef, wil ik het volgende meegeven: Gods liefde is geen kwestie van moeten maar ont-moeten, niet van prestatie maar van relatie, niet van doen maar van zijn.
Nu zult u inmiddels wel denken, wat is Bianca fijn aan het dichten geweest. En alhoewel ik dat wel eens doe, en dan met name direct nadat er iets heel heftigs of aangrijpends is gebeurd, zijn deze gedichten niet van mijn hand. Ze komen uit dit boekje ´Verborgen aanwezig´. Ik overhandig dit boekje aan Trijntje opdat het haar mag bemoedigen en inspireren in haar werk. Maar dit boekje is ook voor u. Laat het rouleren, in eerste instantie onder de ouderen onder ons, ik ben per slot van rekening uw ouderenpastor geweest. En schroom niet er woorden ter overdenking bij in te schrijven, op welke pagina dan ook, waarvan u denkt dat het Trijntje of anderen goed zal doen.
Dan rest mij nu tot slot een dank u wel: Dank u wel, dat u en ik samen als een spiegel God´s licht mochten weerkaatsen in alles wat goed ging en in hetgeen we in gebreke bleven. We mogen vertrouwen dat God alleen het grote geheel heeft gezien en ziet. En alle mensen hier in de kerk of thuis mogen weten dat het goede, maar ook, of misschien wel juist, de gebrokenheid God´s licht weerkaatst als duizend lichtpuntjes. In alle kleuren van de regenboog Zo mooi is de mens door God geschapen.
Dank u wel.